Amsterdam, 23 februari 2005
Ajax is woensdagochtend met 19 spelers afgereisd naar Auxerre. In de Franse provincieplaats strijden de Amsterdammers voor een plaats bij de laatste zestien ploegen in het UEFA-Cuptoernooi. Rafael van der Vaart bleef ziek achter in Nederland.
De ploeg kent tegenslag op de reis. Vanwege sneeuwval in Auxerre is het niet mogelijk om op de plaatselijke luchthaven te landen. Daarom vliegt het team nu op de luchthaven van Dijon en gaat van daar met bussen naar Auxerre.
Het wordt de derde keer in de historie dat Ajax in Stade l'Abbé-Deschamps speelt. Bij die twee eerdere duels was Louis van Gaal trainer van de ploeg. In 1993 verloren de Amsterdammers in een doelpuntrijke wedstrijd met 2-4, overigens een stand waarbij Ajax dit jaar uitgeschakeld zal zijn. Drieënhalf jaar later won de regerend Europees kampioen met 1-0 in de hoofdstad van het departement Yonne.
Dit seizoen ziet de palmares van Ajax er in de Europese competitie schraal uit. Nederlagen waren er in de Champions League bij Bayern München (4-0), Juventus (1-0) en Maccabi Tel Aviv (2-1). De taak voor de Amsterdamse ploeg is om het een trede lager in de UEFA Cup beter te doen. Al zal de ploeg gelijkspelen of met verliezen met een doelpunt verschil nadat ze zelf heeft gescoord, dat doet er eigenlijk niet zoveel toe. Als de volgende ronde maar wordt gehaald. Daarin wacht mogelijk weer een Franse ploeg, Lille. Dat team neemt het op tegen Basel.
De selectie ziet er als volgt uit:
Bogdan Lobont, Hatem Trabelsi, John Heitinga, Julien Escudé, Maxwell, Mauro Rosales, Anthony Obodai, Nigel de Jong, Yannis Anastasiou, Wesley Sneijder, Daniël de Ridder, Rasmus Lindgren, Hedwiges Maduro, Urby Emanuelson, Filipe Kasmirski, Ryan Babel, Nourdin Boukhari, Nicolae Mitea en Maarten Stekelenburg.
