AMSTERDAM - In de wereld van de topsport en vooral in het Europese voetbal wordt 'op verrassend grote schaal' cocaïne gesnoven.
Dat concludeert de Nederlandse neuropsycholoog Erik Matser. De specialist, eerder in het nieuws over het risico van hersenletsel bij koppen en boksen, was vorige week in Zwitserland bij een internationaal congres over traumatisch hersenletsel. Daar kreeg hij bevestigd wat hij in zijn eigen praktijk meemaakt.
''Ik heb me de laatste jaren gespecialiseerd in de topsport, vooral in het fenomeen vormcrisis. Ik krijg veel voetballers die uit vorm zijn, meestal gestuurd door hun club. De coach heeft dan geen idee van de reden van die vormcrisis. Maar ze zijn ineens steeds net te laat bij de bal, hebben plotseling niet meer het overzicht.''
''In veel gevallen blijkt het dan te gaan om cocaïne-gebruik. Peppers in het algemeen, dus ook speed, maar vooral cocaïne. Dat is een drug die kennelijk bij topsport hoort. Denken de topsporters zelf. Heroïne niet, daar word je traag en duf van, cocaïne zorgt voor euforie.''
Matser zegt dat hij niet overdrijft. ''Ik denk dat het om twintig tot dertig topvoetballers per jaar gaat; dus niet alleen Nederlanders.'' Bij wijze van halve hint zegt hij 'gelukkig' heel goed Duits en Engels te spreken.
Kennelijk wordt het risico van dopingcontroles voor lief genomen, zegt Matser. ''Wat me steeds weer opvalt, is de snelheid van het verval door cocaïnegebruik. Het is een extreem destructieve drug. Na een paar weken gebruik ben je uit vorm en het griezelige is dat een hersenbeschadiging heel moeilijk te 'resetten' is. Er ontstaat een functioneel tekort, vooral in de voorste delen van de hersenen, dat het lichaam aanstuurt en coördineert.''
''Ik had laatst een topvoetballer die cocaïne was gaan gebruiken, die ik vroeg wanneer hij voor het laatst gelukkig was geweest. Hij zei: 'Toen ik nog thuis woonde en om zes uur met mijn kont tegen de koeien stond. Toen mijn moeder om acht uur riep dat ik moest komen eten. En toen we om elf uur dan een bakje koffie dronken. Toen was ik nog happy.''
''Die jongen heeft een fantastisch talent, is daardoor in de top van het voetballen terechtgekomen, maar ook in een sociale omgeving waarin hij niet past, waar mensen niet meer op basis van gelijkwaardigheid met elkaar omgaan.''
Ik ben toch altijd benieuwd wie dat nou zijn
Dat concludeert de Nederlandse neuropsycholoog Erik Matser. De specialist, eerder in het nieuws over het risico van hersenletsel bij koppen en boksen, was vorige week in Zwitserland bij een internationaal congres over traumatisch hersenletsel. Daar kreeg hij bevestigd wat hij in zijn eigen praktijk meemaakt.
''Ik heb me de laatste jaren gespecialiseerd in de topsport, vooral in het fenomeen vormcrisis. Ik krijg veel voetballers die uit vorm zijn, meestal gestuurd door hun club. De coach heeft dan geen idee van de reden van die vormcrisis. Maar ze zijn ineens steeds net te laat bij de bal, hebben plotseling niet meer het overzicht.''
''In veel gevallen blijkt het dan te gaan om cocaïne-gebruik. Peppers in het algemeen, dus ook speed, maar vooral cocaïne. Dat is een drug die kennelijk bij topsport hoort. Denken de topsporters zelf. Heroïne niet, daar word je traag en duf van, cocaïne zorgt voor euforie.''
Matser zegt dat hij niet overdrijft. ''Ik denk dat het om twintig tot dertig topvoetballers per jaar gaat; dus niet alleen Nederlanders.'' Bij wijze van halve hint zegt hij 'gelukkig' heel goed Duits en Engels te spreken.
Kennelijk wordt het risico van dopingcontroles voor lief genomen, zegt Matser. ''Wat me steeds weer opvalt, is de snelheid van het verval door cocaïnegebruik. Het is een extreem destructieve drug. Na een paar weken gebruik ben je uit vorm en het griezelige is dat een hersenbeschadiging heel moeilijk te 'resetten' is. Er ontstaat een functioneel tekort, vooral in de voorste delen van de hersenen, dat het lichaam aanstuurt en coördineert.''
''Ik had laatst een topvoetballer die cocaïne was gaan gebruiken, die ik vroeg wanneer hij voor het laatst gelukkig was geweest. Hij zei: 'Toen ik nog thuis woonde en om zes uur met mijn kont tegen de koeien stond. Toen mijn moeder om acht uur riep dat ik moest komen eten. En toen we om elf uur dan een bakje koffie dronken. Toen was ik nog happy.''
''Die jongen heeft een fantastisch talent, is daardoor in de top van het voetballen terechtgekomen, maar ook in een sociale omgeving waarin hij niet past, waar mensen niet meer op basis van gelijkwaardigheid met elkaar omgaan.''
Ik ben toch altijd benieuwd wie dat nou zijn
















