Owkj
dit was het verhaal dat ik pleunie sende
Er was eens een meisje, ze heten aniek. ze smoor verlieft op een leuke prins. maar aniek was arm, en wist niet wat ze moest doen. dus gaf ze het op. zomaar opeens. maar toen op een donkeren lelijke nacht. liep aniek over straat. ze keek om en zag de prins. ze kon er niet tegen. ze was gewoon zoo verliefd op hem. maar toch had ze genoeg wil om om te draien en weer verder te lopen. ze draaide haar hoofd. en keek weer rigting de prins kant. WEG, ze kon haar ogen niet geloven. hij was weg. er zat een nare vrouw te lachen met een wrat op haar neus. aniek snapte het niet. en keek nog eens goed. het was de heks.! dat kon niet anders . (vind je het al een beetje spannend?) ze rende naar de heks. maar de heks was haar te vlug af. ze was weg. ineens zag ze een lief klein vogeltje op de grond zitten. het vogeltje zat in de kroon van de prins. aniek wist dat dit de prins was. het kon geen toeval zijn. ze werd boos en kon er niet meer tegen. ze nam het vogeltje mee en rende naar huis. toen ze thuis was zij ze tegen het vogeltje (de prins), Still maar vogeltje, binnen kort ben je weer de oude. Maar aniek liet er niet zomaar gras over groeien. ze wist toevallig waar de heks woonde. ze maakte de kast open. en pakte haar jas en das. en liep de deur uit. het vogeltje volgde haar. maar ze riep. je kunt niet mee lief vogeltje. het is te gevaarlijk, ik doe dit voor jou alleen omdat ik van je hou. natuurlijk hoopte aniek nadat ze dit had gezegt dat hij het zich zal herinneren. maar dat was een twijfelgeval. aniek rende door de bossen, door de wilde woestijn. de enge rivier over. en toen uiteindelijk zag ze het enge kasteel. dit moet het zijn dacht ze, het moet!. ze liep verder en verder. totdat ze akelig dicht bij het kasteel stond. imposseble dacht ze toen. dit kan niet. maar ze volgde haar gedachte niet. ze volgde haar hart. dus pakte het touw, en ging naar boven toe. ineens zag ze een raam open staan. ze liep rustig naar binnen. de muren waren zwart en de ramen heel erg vies. op de deurknoppen zat op elke deur mos. maar op eentje zat niets, het was brandschoon en mooi. natuurlijk pakte ze die deur. ze wist bijna zeker dat er iets speciaals achter die deur zat. dat moest bijna wel. ze ging naar binnen, en ze zag een meisje zitten op het bed. aniek wou snel wegrennen, maar het was te laat! het meisje riep "help me dan toch, je staat daar maar niets te doen." aniek pakte haar zakmes uit haar zak, en maakte de touwen om haar heen los. dankjewel zei het meisje. ik heet pleunie. aniek keek haar aan. en ineens wist ze het, jij bent het meisje dat 4 jaar geleden verdwenen was zei aniek. pleunie lachte een beetje. ja dat is waar. ik heb hier niet te kort gekregen en ik had een goed bed. ik wou weg. maar ik was onder een vloek. als iemand je dit in dit kasteel bevrijd ben je vrij. dat zei de heks. maar niemand durft hier zomaar in te vallen, totdat jij kwam. ik ben je eeuwig dankbaar meisje., Zeg maar aniek hoor. vertelde aniek haar. samen verlieten ze de deur., kom we gaat hier weg nu meteen, zei pleunie met een angstige stem. NEE! ik zal mijn prins redden hoe dan ook, en niemand die me tegenhoud, help je me mee, of niet? schreeuwde aniek door de hal. pleunie schrok er een beetje van en zei. tuurlijk help ik je. altijd. ze liepen samen door de gang. maar ineens zaten ze vast. ??? dachten ze allebei. hoe kan dit nu weer? aniek was stil, en zat maar diep te denken. een vreemde stem zei toen ineens. pak dit vast en trek je eruit, het helpt echt. pleunie en aniek keken geschrokken. dankjewel meisje. en wie mag jij dan wel niet zijn zeiden aniek en pleunie tegelijk. ik ben inge. zij het vreemde meisje. ik ben net gevangen genomen door de heks. maar ze zei tegen mij dat ik een vrij persoon in dit kasteel was. aniek keek haar aan. help je ons mee, mijn prins is verandert in een vogeltje en... voordat aniek de zin af kon maken zei inge. je moet naar de drankjes kamer, ik ben er net nog binnen geweest. alleen ben ik de weg kwijt geraakt. maar je moet wel opletten want de heks is vaak daar net ook!. met zun 3e liepen ze hand in hand door de gangen. alledrie met hun handen hard vast. ineens zei pleunie. dit is onmogenlijk er zijn hier miljoenen kamers waar dat zou kunnen zijn. hoe doen ze dat hierin toch. aniek en inge begonnen te lachen. who knew zeiden ze allebei tegelijk. even later toen ze verder hadden gezocht. en bleek te zijn dat het licht onweer was. liepen ze een griezelige kamer in. het was helemaal blauw presies dezelfde kleur. er stond niet in alles was leeg. het eenigste wat er op de muur stond was. LIEVERD. de 3 meisjes snapte er niets van. hoe kan een heks nu zoiets op een muur hebben staan dacht aniek. ze liepen de kamer weer uit. en hoorde ineens iemand huilen. het was zacht, en niet goed verstaanbaar. aniek was bang. maar inge en pleunie liepen er meteen heen. PAS OP! riep aniek! PAS TOCH OP!. aniek had gelijk het was een val! de heks lokte ze in de val. de heks keek aniek met boze ogen aan. deze zijn van mij! en jij komt ze niet halen ook al zou je dat willen. NU ERUIT!. aniek rende weg. en de heks keek haar sneekie aan. 'neej neej wat doe ik nou weer, ik laat mijn nieuwe vrienden stikken. ik laat de heks winnen dit kan niet dit kan gewoon niet.' aniek begon te huilen. in eens was er een fel licht. en dit was niet van het onweer. het was vliegend en zag er vredig uit. 'stil maar meisje hoorde ze uit het felle licht.' ik ben de fee van het goede. jou daden zijn zo bijzonder ik zal je helpen. er zit nog een meisje vast in dit kasteel. op de onderste verdiepig. als je haar hebt gevonden zal ik je verder helpen.' Aniek wist niet of ze dit wel moest geloven. maar ze had inderdaad weinig keus. dus deed ze wat de fee haar vroeg. ze liep kalm de trap af. het kraakte en het zat vol met zand. toen ging er door haar heen wat pleunie zei 'er zijn hier wel miljoen kamers'. maar aniek wist dat ze dat meisje moest vinden ze vertrouwde de fee op een of andere manier. het was vredig en niet eng. dus ging ze verder. ze keek in 100de kamers, maar kon niets vinden. maar toen ineens ze maakte een kamer open en zag haar zitten. Ongelofelijk, het meisje!. aniek maakte haar los. het meisje was super blij en stelde haarzelf voor. ik ben elke. en omdat jij mij hebt gered. zal ik nu iets goeds voor jou doen. aniek dacht na. en zei. help mij pleunie en inge te vinden en je zal voor altijd van me af zijn. elke ging ermee accoort. ze liepen de hal in en ineens was het felle lciht erweer. DE GOEDE FEE! dacht aniek. 'goed meisje, en nu je andere vriendjes als je dit raadsel oplost zul je er komen.' elke vroeg aan de fee wat het rijmpje was. de fee ademde diep en zei zacht. 'drankjes hier en de drankjes daar ga naar de kamer waar alles word gemaakt. geen wonder zal je daar vergeten je wist het al veel eerder. de fee verdween. en aniek wist meteen waar ze het over had. de drankjeskamer!. elke wist meteen waar ze heen moest gaan. ik ken de weg, ik ken de weg zei elke vrolijk. aniek volgde haar op de voet. weer moesten ze over die vieze trap met dat krakend geluid. hier is het. elke en aniek maakte de deur open op een kier. er was een fel groen licht. ze keken naar boven toe. daar zaten inge en pleunie vastgebonden aan het plafon. aniek fluisterde in elke's oor'dankjewel, nu komt het echte werk. ik pak de heks en jij maakt pleunie en inge los. elke ging ermee accoort en bij de klokslag rende ze naar binnen toe. aniek ging op de heks rug zitten. en elke maakte in kalmte inge en pleunie los. aniek houde het niet meer en werd eraf geschut. snel snel! riep aniek naar elke toe. de heks kwam naar aniek toe, ze hijsde haar toverstaf naar haar hoofd en zei. 'ik had je gewaarschuwd. maar het was niet goed genoeg'. aniek was doodsbang. maar ze wist wat ze moest doen. ze deed haar ogen dicht en dacht diep na. ineens riep inge. 'Aniek kijk wat is dat voor een fel licht?' pleunie keek met grote ogen naar het licht. aniek maakte haar ogen open. de fee dacht ze. de goede fee!. de heks stond er ook bij te kijken en schrok er toch wel een beetje van. elke pakte de heks staf af en brak het door tweeen. de heks had het te laat door. NEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEEJJJ riep de heks hard. ineens was er een grote rook. toen de rook opgetrokken was. was de heks en de fee ineens weg. aniek elke inge en pleunie lagen allemaal op de grond. met grote ogen en geschrokken gezichten. ineens begon de muren te brokkelen. we moeten hier weg zei elke. de boel gaat instorrte! aniek pakte inge's hand en inge pakte die van pleunie. met zun 4e rende ze weg door de deur. richtig een raam. toen viel er een steen voor. HELP riep elke. mijn voet zit vast onder de steen . ze duwde de steen maar kregen geen beweging erin. toen zei elke ineens. ga maar zonder mij. ik wil niet dat jullie onder mijn verdoemenis lijden. met zun 3e rende ze weg. maar ineens stopre ze alle drie tegelijk. nee dit kan niet. dit kunnen we niet doen. we helpen je. in eens met volle kracht duwde ze uiteindelijk toch de steen weg. ze rende naar de deur. heel hard duwde ze de deur open. ze waren buiten alle 4. ineens begon aniek te huilen. pleunie elke en inge omhelsde haar en vrogen wat er was. 'ik kwam hier om een drankje te halen voor mijn geliefde prins. maar ik ontmoete jullie. en ik vergat het gewoon. ik ben het vergeten'. antwoorde aniek. pleunie en inge lachte een beetje. en zeiden. jou kunnen we gewoon niet vergeten jij hebt ons leven gered. vandaar dachten wij dat je dit misschien wel wou hebben. inge toverde een groen klein flesje uit haar zak. en gaf het aan aniek. pleunie glimlachte en zei. denk je nu echt dat wij daar meer als 2 uur aan het plafon hebben zitten hangen en niets hebben gedaan? nu lachte aniek ook. en was heel blij. ook elke moest mee lachen. ze kwamen thuis. Het vogeltje was er nog steeds. aniek gaf een beetje aan het vogeltje. maar er gebeurde niets. toen knipte elke in haar vingers. en toen ineens 'POEF'. het veranderde. aniek keek blij. maar toen de rook weg was zei ze. dat is de prins niet! dat is iemand anders. inge lachte, ja iemand anders. maar wel leuk. ook moest pleunie erbij lachen. en de jongen was niet bij zijn gedachten. hij deed zijn ogen open. en zei 'waar ben ik? waar is mijn kasteel?' aniek antwoorde op deze vraag. ik denk dat ik je dan maar heb gered. de jonge keek blij naar aniek. en zei toen op een lieve toon. bedankt en tot ziens dan maar. pleunie, inge, aniek en elke keken met grote ogen. loop hij nu gewoon weg? zei elke half boos. aniek lachte hard. ja klopt hij liep weg. maar ik heb er wel 3 goede vriendinnen voor terug gekregen. {einde}.
xxx HvjOusuper veel