Denk dat je hier wel wat aan hebt:
werk (het ~, ~en)
1 het werken, het verrichten van een taak => arbeid
2 betrekking, bron van inkomsten
3 wat gedaan moet worden
4 werkstuk, voortbrengsel van arbeid of kunst => oeuvre, opus
5 daad
6 mechanisme, bewegend deel van een toestel => loopwerk