2. Wetsvoorstel Opnemen Gesprekken
Als dit wetsontwerp ongewijzigd door parlement komt, mag de politie aanzienlijk meer dan nu: richtmicrofoons en bugs gebruiken en zonder toestemming van de bewoner de woning betreden om afluisterapparatuur aan te brengen. Dat betekent dat in het vervolg ook gesprekken in besloten ruimtes afgeluisterd mogen worden.
De af te luisteren ruimte moet zo nauwkeurig mogelijk omschreven worden, maar het noemen van een van de deelnemers aan het gesprek in plaats daarvan kan ook. Niet alleen huis, kantoor en auto, ook boten en vliegtuigen worden nadrukkelijk genoemd in de Memorie van Toelichting: "Is slechts bekend dat het gesprek in een bepaald hotel zal plaatsvinden, zonder dat de kamer zelf bekend is, dan kan, indien de RC dit noodzakelijk acht, het gehele hotel in de last worden genoemd".
Deze wet legaliseert tevens het proaktief afluisteren. Hirsch Ballin wil niet alleen zendertjes en richtmicrofoons inzetten wanneer er strafbare feiten zijn gepleegd door verdachten, maar ook in een veel vroeger stadium: als bij de politie slechts de verdenking bestaat dat bepaalde personen mogelijk iets misdadigs van plan zijn.
De rechter-commissaris zet zijn handtekening voor steeds 4 weken, verlengen kan onbeperkt. Er moet sprake zijn van een misdrijf waar je tenminstie 4 jaar voor kan krijgen, dat "gezien zijn aard, samenhang met andere begane misdrijven, een ernstige inbreuk op de rechtsorde opleveren", wat dat ook moge zijn. Zonder dat er een concreet misdrijf is, kan er toestemming verleend worden bij onderzoek naar netwerken binnen de georganiseerde misdaad. Daarbij gelden dezelfde vage criteria, maar dan voor betrokkenheid bij het beramen van een misdrijf.
Voor het betreden van woningen om bugs aan te brengen is een aparte last nodig, en die komt er pas als je verdacht wordt van iets waar meer dan acht jaar gevang voor staat en dan moet het ook nog gepleegd zijn of worden in georganiseerd verband.
Personen met verschoningsrecht, artsen, priesters en advocaten mogen nog steeds niet worden afgeluisterd, tenzij ze zelf verdachte zijn. Ook de koningin en kroonprins zijn uitgezonderd.
Ambtenaren van de BVD hebben toegang tot elke plaats voor zover dat nodig is afluisteren mogelijk te maken. Het hoofd van de dienst krijgt bevoegdheid tot uitschrijven last tot binnentreden. De geheime dienst regelt dat nu dus helemaal zelf.
Dat deze nieuwe wetgeving niet meer is dan een poging tot het scheppen van orde in een jungle van nieuwe ontwikkelingen, blijkt pijnlijk duidelijk uit de memorie van toelichting. Het toekennen van pro-actieve bevoegdheden geeft volgens de minister "een nauwkeuriger omschrijving van het optreden van de politie, komt daardoor dichter bij de werkelijkheid van de politiepraktijk, vernieuwt deze waar nodig en wenselijk en biedt daardoor ook meer aanknopigspunten deze in banen te leiden."
Opvallend in dit wetsontwerp is verder de aandacht die wordt besteed aan het voorkomen van misbruik. De afluisterapparatuur moet technisch zo beveiligd zijn dat het niet gebruikt kan worden zonder sporen achter te laten. En opgenomen gesprekken kunnen niet verwijderd worden door de mensen die ze op de band gezet hebben. Wie de controle hierover moet uitoefenen staat nergens vermeld.
3. GSM-wetsvoorstel
Bij de eerste ATF-autotelefoonnetten had PTT verzuimd rekening te houden met een afluistermogelijkheid. Een systeem waarmee afgeluisterd kan worden kost enige honderden miljoenen guldens en de PTT weigerde voor volledige kosten op te draaien: als overheid iets extra wil moeten ze ook maar meebetalen. Na uitvoerige, jarenlange onderhandelingen zijn zijn Justitie en Verkeer en Waterstaat uiteindelijk overstag gegaan en bereid mee te betalen.
Die stap is ongetwijfeld beïnvloed door het besluit van de Europese politie-ministers dat het aftappen in de toekomst mogelijk moet blijven. Binnen het TREVI-overleg is in december 1993 besloten dat het autotelefoonnet op korte termijn aftapbaar moet zijn. Op langere termijn moeten er regelingen komen die verplichten dat alle telecommunicatie- technologie standaard voorzien is van een aftapfaciliteit. Tegelijkertijd verliest de PTT haar monopolie op het aanbieden van telecommunicatieverbindingen, om te beginnen bij mobiele telefonie. Op Europees niveau is besloten dat bij de invoering van het nieuwe autotelefoonnetwerk GSM naast de (voormalige) staatsbedrijven een tweede aanbieder op de markt moet komen. De beide exploitanten van GSM krijgen alleen een vergunning als ze justitie in staat stellen gesprekken af te luisteren.
Omdat dit vergaande gevolgen heeft, ook op gebied van afluisteren, zijn wetswijzigingen nodig in de Telefoonwet en het Wetboek van Strafvordering. Dit wetsvoorstel is goedgekeurd door de Tweede Kamer en moet nog door de Eerste Kamer.
Maar ook dit GSM-besluit lijkt al achterhaald voor het kracht van wet heeft. De verplichting medewerking te verlenen aan afluisteren staat lijnrecht tegenover een van de grootste voordelen van het nieuwe autotelefoonnet. GSM is digitaal en daarom veel makkelijker te versleutelen. Iedereen die behoefte heeft aan privacy zal zeker kiezen voor de nieuwe telefoons die gesprekken gecodeerd verzenden.
Men heeft overwogen het vergunningenstelsel voor het toekomstige telefoonnet te koppelen aan een verplichting de sleutel bekend te maken aan de PTT, ofwel de andere beheerder van het telefoonnet. De politie (of de BVD) krijgt dan van PTT niet alleen de tap maar ook de sleutel. Het GSM-besluit zoals het er nu ligt schuift dit probleem af op exploitant. Het lijkt er op dat de exploitanten gedwongen worden te kiezen voor door de overheid erkende cryptografie-systemen. De 'veiligheid' zit dan in het niveau van versleuteling: ontoegankelijk voor de systeembeheerder maar niet voor de overheid. Dat kan weinig anders betekenen dat je jezelf verplicht niet van een onkraakbare code gebruik te maken...
De privatisering van de PTT en de doorbreking van haar monopolie geeft ook andere problemen. Toen de PTT nog een staatsbedrijf was, vielen de werknemers onder de strafbaarstelling van omgekochte ambtenaren. Bovendien waren zij de enigen waar je voor informatie over afluisteren terecht kon. Nu is alles anders. Om met de minister van Justitie te spreken: "Het gevaar dat degenen die zijn belast met deze werkzaamheid in het belang van de handhaving van de rechtsorde of de veiligheid van de staat, bloot staan aan pogingen tot omkoping, is niet denkbeeldig". Omkopig van degenen die verplicht zijn voor de autoriteiten het afluisteren uit te voeren is na invoering van deze wet strafbaar.