Vraag:
Waarom krijg ik bij de testservice maximaal een uitslag van 84% van mijn MDMA poeder?
Antwoord:
Drugs kunnen in verschillende vormen voorkomen. Bij de basevorm (de meest pure vorm) betreft het alleen het molecuul van het betreffende middel. Gaat het om een zoutvorm dan zit er aan het molecuul een zuur vast. Er zijn verschillende zuren. Hydrochloride, fosfaat en sulfaat zijn de meest voorkomende.
In veel gevallen is de pure (base) vorm van een drug niet goed oplosbaar in water en dus niet goed geschikt voor oraal or nasaal gebruik. Ook kan het zijn dat de basevorm niet praktisch is. De basevorm van amfetamine is bijvoorbeeld een stroperige vloeistof. De zoutvorm is een wit poeder en kan makkelijker gesnoven of geslikt worden. Het lichaam scheidt het molecuul dan weer in de maag in een zuurdeel en het basedeel.
Zoutvorm van een middel = basevorm + zuurdeel. Bv zoutvorm van MDMA = MDMA + hydrochloride.
De moleculen van verschillende middelen hebben allemaal een eigen gewicht. Dit maakt dat het maximale percentage per middel verschilt. Hieronder staan de maximale percentages van de meest voorkomende middelen:
2C-B 88%
4-FA 80%
Amfetamine 73%
Cocaïne 89%
Ketamine 87%
MDMA 84%
In het geval van MDMA weegt het zuurdeel dus 16% van het totale gewicht. Dit betekent dat als je 100 mg MDMA poeder afweegt, je 84 mg MDMA-base hebt en 16 mg van een zuur (hydrochloride). Bij het bepalen van een dosering moet je rekenen met de basevorm. Dus als men zegt dat een gangbare dosering MDMA 1-1,5 mg per kg lichaamsgewicht is, dan heeft men het over de basevorm van MDMA.
Meer informatie over dosering van MDMA/ XTC kun je hier vinden.
Waarom krijg ik bij de testservice maximaal een uitslag van 84% van mijn MDMA poeder?
Antwoord:
Drugs kunnen in verschillende vormen voorkomen. Bij de basevorm (de meest pure vorm) betreft het alleen het molecuul van het betreffende middel. Gaat het om een zoutvorm dan zit er aan het molecuul een zuur vast. Er zijn verschillende zuren. Hydrochloride, fosfaat en sulfaat zijn de meest voorkomende.
In veel gevallen is de pure (base) vorm van een drug niet goed oplosbaar in water en dus niet goed geschikt voor oraal or nasaal gebruik. Ook kan het zijn dat de basevorm niet praktisch is. De basevorm van amfetamine is bijvoorbeeld een stroperige vloeistof. De zoutvorm is een wit poeder en kan makkelijker gesnoven of geslikt worden. Het lichaam scheidt het molecuul dan weer in de maag in een zuurdeel en het basedeel.
Zoutvorm van een middel = basevorm + zuurdeel. Bv zoutvorm van MDMA = MDMA + hydrochloride.
De moleculen van verschillende middelen hebben allemaal een eigen gewicht. Dit maakt dat het maximale percentage per middel verschilt. Hieronder staan de maximale percentages van de meest voorkomende middelen:
2C-B 88%
4-FA 80%
Amfetamine 73%
Cocaïne 89%
Ketamine 87%
MDMA 84%
In het geval van MDMA weegt het zuurdeel dus 16% van het totale gewicht. Dit betekent dat als je 100 mg MDMA poeder afweegt, je 84 mg MDMA-base hebt en 16 mg van een zuur (hydrochloride). Bij het bepalen van een dosering moet je rekenen met de basevorm. Dus als men zegt dat een gangbare dosering MDMA 1-1,5 mg per kg lichaamsgewicht is, dan heeft men het over de basevorm van MDMA.
Meer informatie over dosering van MDMA/ XTC kun je hier vinden.
laatste aanpassing









