Ik heb nagedacht wat ik kan doen ten behoeve van de biodiversiteit op onze prachtige planeet. Zielige olifantjes? Niet nodig: olifanten zijn inmiddels een plaag in Afrika, sprinkhanen met een slurf. Arme aapjes? Dûh. Na rijp beraad ben ik er uit. De schaamluis heeft onze steun nodig. Het gaat niet goed met de schaamluis, zo schreef onlangs Cees Moeliker, conservator van het Natuurhistorisch Museum in Rotterdam op de achterpagina van NRC Handelsblad. De schaamluis is een pronkjuweel van de Almachtige. Ik heb hem een keer van nabij mogen aanschouwen. Dat was geen genoegen en bracht bij mij weerzinwekkende verdelgingsreflexen boven.
Inmiddels, mede dankzij Al Gore, Leonardo di Caprio en Earth, ben ik in staat die primitieve instincten te overwinnen. Ik zou dus, geliefde vrienden en vriendinnen, willen oproepen om Greenpeace te bestoken met mails en brieven om een actie voor de redding van de schaamluis te beginnen.
U weet zelf wel hoe u zo’n bericht moet formuleren. Zoiets in de trant van: hé daar, Greenpeace, kunnen jullie wel, beesten redden met een hoge aaibaarheidsfactor? Laat zien dat jullie guts hebben en zet je in voor het behoud van de schaamluis. En het is zo simpel. Greenpeace & co zijn verzot op de Weg Met Ons boodschap. Zij vinden het heerlijk wanneer een dier uitsterft door toedoen van de mens. Critici zeggen wel eens meesmuilend dat ze dat vooral doen omdat ze dan meer contributie van hun leden krijgen, maar dat geloof ik niet. De lieve jongens en meisjes van Greenpeace zijn waarlijk bezorgd om de biodiversiteit.
Juist daarom hoort het nakende uitsterven van de schaamluis een issue te zijn voor Greenpeace, Milieudefensie en het Wereldnatuurfonds. Er is immers maar één reden waarom de schaamluis vrijwel is uitgestorven. Die reden heet: Homo sapiens. De afgelopen twintig jaar schijnen jonge mensen – de natuurlijke habitat van de schaamluis – de vreemde gewoonte te hebben ontwikkeld om down under alles of vrijwel alles weg te scheren. Het is een praktijk die vooral bij jonge vrouwen in zwang schijnt te zijn (de zogeheten landingsstrip) en voorzover de wetenschappelijke studies betrouwbaar zijn, lijkt deze gewoonte vanuit Brazilië afkomstig: afficionado’s hebben het in dit verband over de Brazilian wax.
De oplossing is even simpel als elegant: Greenpeace moet zich hard maken om de biotoop van de schaamluis in stand te houden. Ik denk dus aan Postbus 51 reclames waar de weinig milieubewuste jongeren er op wordt gewezen hoe onverantwoordelijk en antropocentrisch hun gedrag is wanneer zij de boel daar beneden kaal scheren. Een andere mogelijkheid is om Al Gore, Leonardo di Caprio, Sophie Hilbrand, Beau van Erven Dorens en Marianne Thieme in te schakelen. Dat zijn mensen met een alom gerespecteerde groene staat van dienst waar je u tegen zegt.
Als die mensen het lef hebben om zich te laten fotograferen in de staat waarin God de mens ooit ontworpen heeft, dan keert het respect voor ons eigen oerwoud daar beneden weer terug. Als laatste redmiddel is het natuurlijk altijd mogelijk om het scheren van de schaamstreek te verbieden en aldus de biodiversiteit te bevorderen maar daar ben ik niet voor. Kom op mensen, we zijn toch waarlijk milieubewust en groen. Wij gaan toch niet ons enige echte oerwoud vernietigen? Met andere woorden, weg met de landingsstrip, weg met de Brazilian wax, leve de schaamluis! Ik weet het, er zijn er nog maar heel weinig over, maar mocht u een van de laatste exemplaren van deze vrijwel uitgestorven diersoort in handen krijgen, kijk er eens door een microscoop naar. Hoe het beestje zich als een soort orang-oetang door de lianen slingert.
Kom op Greenpeace, laat zien dat jullie waarlijk kloten hebben, en red de schaamluis. Wat heet, onze schaamluis
Inmiddels, mede dankzij Al Gore, Leonardo di Caprio en Earth, ben ik in staat die primitieve instincten te overwinnen. Ik zou dus, geliefde vrienden en vriendinnen, willen oproepen om Greenpeace te bestoken met mails en brieven om een actie voor de redding van de schaamluis te beginnen.
U weet zelf wel hoe u zo’n bericht moet formuleren. Zoiets in de trant van: hé daar, Greenpeace, kunnen jullie wel, beesten redden met een hoge aaibaarheidsfactor? Laat zien dat jullie guts hebben en zet je in voor het behoud van de schaamluis. En het is zo simpel. Greenpeace & co zijn verzot op de Weg Met Ons boodschap. Zij vinden het heerlijk wanneer een dier uitsterft door toedoen van de mens. Critici zeggen wel eens meesmuilend dat ze dat vooral doen omdat ze dan meer contributie van hun leden krijgen, maar dat geloof ik niet. De lieve jongens en meisjes van Greenpeace zijn waarlijk bezorgd om de biodiversiteit.
Juist daarom hoort het nakende uitsterven van de schaamluis een issue te zijn voor Greenpeace, Milieudefensie en het Wereldnatuurfonds. Er is immers maar één reden waarom de schaamluis vrijwel is uitgestorven. Die reden heet: Homo sapiens. De afgelopen twintig jaar schijnen jonge mensen – de natuurlijke habitat van de schaamluis – de vreemde gewoonte te hebben ontwikkeld om down under alles of vrijwel alles weg te scheren. Het is een praktijk die vooral bij jonge vrouwen in zwang schijnt te zijn (de zogeheten landingsstrip) en voorzover de wetenschappelijke studies betrouwbaar zijn, lijkt deze gewoonte vanuit Brazilië afkomstig: afficionado’s hebben het in dit verband over de Brazilian wax.
De oplossing is even simpel als elegant: Greenpeace moet zich hard maken om de biotoop van de schaamluis in stand te houden. Ik denk dus aan Postbus 51 reclames waar de weinig milieubewuste jongeren er op wordt gewezen hoe onverantwoordelijk en antropocentrisch hun gedrag is wanneer zij de boel daar beneden kaal scheren. Een andere mogelijkheid is om Al Gore, Leonardo di Caprio, Sophie Hilbrand, Beau van Erven Dorens en Marianne Thieme in te schakelen. Dat zijn mensen met een alom gerespecteerde groene staat van dienst waar je u tegen zegt.
Als die mensen het lef hebben om zich te laten fotograferen in de staat waarin God de mens ooit ontworpen heeft, dan keert het respect voor ons eigen oerwoud daar beneden weer terug. Als laatste redmiddel is het natuurlijk altijd mogelijk om het scheren van de schaamstreek te verbieden en aldus de biodiversiteit te bevorderen maar daar ben ik niet voor. Kom op mensen, we zijn toch waarlijk milieubewust en groen. Wij gaan toch niet ons enige echte oerwoud vernietigen? Met andere woorden, weg met de landingsstrip, weg met de Brazilian wax, leve de schaamluis! Ik weet het, er zijn er nog maar heel weinig over, maar mocht u een van de laatste exemplaren van deze vrijwel uitgestorven diersoort in handen krijgen, kijk er eens door een microscoop naar. Hoe het beestje zich als een soort orang-oetang door de lianen slingert.
Kom op Greenpeace, laat zien dat jullie waarlijk kloten hebben, en red de schaamluis. Wat heet, onze schaamluis





