Heey Harmen
Alls was dus wel goed gegaan bý j "open dag"
Haha.. enneuh.. neej denk nii dat dat wk goed gaat komen
haha.. Maarr.. k heb de volste vertrouwen in je hoor
Mrr..
Ic moest n verhaal verzinnen om n langere tekst te hebbe als jý..
(Btw. jou tekst was EGHT nii langer dn dii vn mij hoa
ghehe dat lukt j nooit
)
Maja.. Het verhaal..>>
Here it comes
Tis eght super hoa(A)
D'r was eens een meisje..
Het was een heel klein lief meisje die met haar moeder en haar oma aan het bos woonde
Van haar moeder mocht ze absoluut het bos niet in..
Maarr.. Zo eigenwijs als ze was.. ging ze op onderzoek uit in het bos
Ze liep maar en ze liep maar.. en na urenlang lopen in het bos.. Kwam ze een huisje tegen..
Ze klopte aan want onder tussen was het ook al nacht geworden en ze was moe dus ze wou wel graag wat eten en drinken en slapen.
Ze klopte aan en ze klopte nog eens aan..
En er deed nog niemand open. En nog eens klopte ze aan.
Toen bedacht ze zich dat de bewoners ook nog wel eens de achterdeur op hebben kunnen laten staan.
Terwijl ze achterom liep bedacht ze zich dat ze wel heel stil moest zijn wilde ze de bewoners niet wakker maken. Muisstil liep ze door de krakende takken en bladeren, tot ze uiteindelijk bij de achterdeur was aangekomen. zachtjes probeerde ze of de deur op slot was of niet.
En.. Ja hoor! De deur was open. Heel zacht liep ze naar binnen. Het was pikkedonker in het kleine huisje en ze stootte zich dan ook vrijwel meteen aan een lage tafel. Ze moest even tot 10 tellen voor dat ze een gil gaf. Ze zag, vlak bij de deur, een lichtknopje. Snel liep ze er heen en knipte het licht aan. Tot haar grote verbazing zag ze een aanrecht met daarop allerlei lekkere dingen. Koekjes, cakejes, snoepjes, taart, en ijsjes! Ze bedacht zich geen moment en begon van al het lekkers te snoepen. Toen ze vol was van alle lekkere koekjes en en taart en vooral het ijs, dacht ze. Ik wil ok wel wat drinken eigenlijk. Ze keek om zich heen en zag even verder op het aanrecht een pak aardbeiendrank. Ook daar dronk ze van tot ze genoeg had.
Toen bedacht ze zich van hé ik wou ook nog slapen..
Dus ging ze op haar tenen naar boven toe
en net toen ze een kamer in wou kijken ging er een deur open. Ze schrok zich wezenloos. Ze stond opeens oog in oog met een reus
Snel schiet ze de kamer in en daar staat gelukkig een leeg bed. Enorm moe legt ze zich op het bed neer en is muis stil. De reus stampt naar de andere kant van de gang en doet een kamer op slot.
Gelukkig denkt ze en ze slaapt.
De volgende morgen wordt ze wakker. Als ze om zich heen kijkt denkt ze: Hé waar ben ik?
Dan herinnert ze zich alles weer van gister.
Snel denkt ze ik moet hier weg zijn voor dat die reus komt!!
Maar als ze haar kamertje uit stapt staat ze recht voor de reus
Hallo zegt de reus uiterst vriendelijk waar kom jij vandaan
uuhh i-i-i-k k-k-k-om van uh.. het huisje aan de rand van het bos, stotterde ze.
De grote vriendelijke reus vroeg haar of ze ook zin had in een ontbijtje waar ze natuurlijk geen nee tegen zei. Na het ontbijt vroeg de reus Hoe heet je eigenlijk? Goudlokje zei het meisje, vanwege mijn blonde haren. Mijn haren lijken in het licht wel goud. En ja hoor toen ze buiten kwamen en het zonnetje op haar mooie blonde haren viel leek het net goud.
Ze liepen door het bos en de reus vroeg aan haar of ze mee ging hout sprokkelen.
Dat wou ze wel want na wat de reus voor haar had gedaan moest dat wel.
Samen liepen ze door het bos al pratend over alles wat ze hadden mee gemaakt in hun leven.
Toen ze uiteindelijk genoeg hout hadden gesprokkeld keerden ze terug naar huis.
Eenmaal thuis gekomen vroeg de reus het is nog al een eind naar jouw huis zal ik je maar brengen. Oh nee zei Goudlokje, ik wil niet naar huis. Thuis is het zo akelig ik moet strijken en wassen en de haard vegen en ook de bedden opmaken en verschonen en ik moet koken. Hier is het zo veel beter. Toch zei de reus moet je moeder weten waar je bent. Ze zijn vast op zoek naar je!
Dus Goudlokje liet zich overhalen en ging met de reus mee naar de rand van het bos waar haar huisje stond. Haar moeder en oma waren dolblij om haar weer te zien!
Maar zei Goudlokje tegen haar moeder Ik wil heel graag bij de reus blijven. Het is daar zo gezellig!
Daar moest haar moeder toch wel even over nadenken hoor. Zo maar haar kleine meisje bij de reus laten wonen. Goudlokje haar oma ging met haar moeder praten. Doe het maar zei de oma van Goudlokje Laat haar maar mee gaan het gaat vast wel goed. En met de vriendelijke grote reus sprak oma af dat als Goudlokje het ook maar iets niet naar haar zin had dat hij haar meteen terug bracht. De reus vond het goed en nam Goudlokje mee terug naar zijn huis ver weg diep in het bos.
Bij het huis in het bos aan gekomen ging Goudlokje meteen eten maken voor de reus en haar zelf. De reus zei meteen van nee nee dat hoeft niet ik kook wel. Maar toen Goudlokje protesteerde en zei dat ze het graag had ging de reus maar op een stoel zitten en genieten van het lekkere weer. Toen was het eten klaar de reus en Goudlokje gingen lekker eten en 's avonds zaten ze bij de open haard. Al het gesprokkelde hout ging in vlammen op. Het was zelfs zo gezellig dat ze wel tot diep in de nacht bleven zitten.
De volgende ochtend werd Goudlokje wakker toen de reus een kopje thee naast haar bedje zette. Goudlokje keek hem aan en zei Ik heb nog nooit zo'n vriendelijke reus ontmoet. Nou zei de reus Ik heb nog nooit zo'n vriendelijk meisje ontmoet.
En de reus en Goudlokje woonden daar een lange tijd samen. Ze hadden elke dag de grootste lol samen en gingen nog vaak hout sprokkelen.
Tot op een avond ze bij de open haard zaten en een geluid bij de achterdeur hoorden. Snel stond de reus op. Hij liep met grote zware stappen richting de achterdeur en tot zijn grote verbazing stond daar een beer!
een hele grote bruine beer! Goudlokje wist dat deze beren in het bos woonden en de reus had haar vaak verteld wat ze moest doen als er een beer het huis binnen kwam. Vliegensvlug ging ze naar boven en sloot zich op in haar kamertje. Even later kwam de reus boven. Goudlokje, Goudlokje! Je kunt eruit komen hoor! De beer is weg. Gelukkig dacht ze en net toen ze de deur wou open doen bedacht ze zich dat ze de sleutel ook verstopt had. Snel zocht ze de sleutel op en ging ze naar de reus toe.
De volgende morgen gingen ze zoals elke week hout sprokkelen en toen ze halverwege waren hoorde Goudlokje haar naam roepen. Goudlokje! Goudlokje! Goudlokje zit je daar? Ja, riep ze zo hard als ze kon. Wie is dat? riep ze. En ja hoor toen kwam haar moeder tevoorschijn en haar oma!
Oh wat was ze blij om hun weer te zien.
Toen ze naar huis waren gelopen gingen ze tijdens de thee gezellig kletsen. Het bleek dat het huisje aan de bosrand was afgebrand en dat de moeder en oma van Goudlokje al die tijd hebben rond gezworven. De reus bood meteen aan om een slaap plaats klaar te maken en wat eten te maken voor de 2 gasten.
Goudlokje haar moeder en oma bleven ook bij de reus wonen en gingen elke week mee hout sprokkelen.
Goudlokje, de reus, oma en de moeder van Goudlokje leefden nog lang en gelukkig.
Einde
Nou was het geen super verhaal Harmen
En iedereen die dit verder nog leest.. Matthijs.. Edwin
Haha.. Naja.. K ga nou ma s verder op msn.. want alleen pf wordt j ook moe van
Liefs;;&khus Jeanine