‘Elk weekend rassenrellen in Nederland’
Gepubliceerd op woensdag 03 mei 2006
In Nederland doen zich bijna elke week rassenrelletjes voor tussen rechtsextremisten en moslimjongeren. Dat zegt Jaap van Donselaar, onderzoeker van extreemrechts van de Universiteit Leiden.
De cultureel-antropoloog spreekt in het AD van een ‘culturele veenbrand’. “Er is maar weinig nodig voor escalatie. Ik maak mij daar zorgen over.”
De confrontaties beginnen vaak als kleine ruzies die geregeld uitgroeien tot massale vechtpartijen. Van centraal georganiseerde matpartijen is geen sprake. Het initiatief om met elkaar op de vuist te gaan ligt volgens Van Donselaar de ene keer bij de autochtonen en de andere keer bij de allochtonen. “Beide groepen zij net zo schuldig.”
Gebagatelliseerd
Van Donselaar zegt dat er ‘duizenden’ Nederlandse jongeren met extreemrechtse sympathieën zijn. Overheden bagatelliseren volgens hem de risico’s van extreemrechtse jongeren. “Extreemrechts wordt steeds vaker weggemoffeld in de ambtelijke nota’s, terwijl dat niet zou moeten. Alle aandacht moet nu kennelijk gaan naar moslimjongeren die dreigen te radicaliseren.”
De onderzoeker vindt het vreemd dat er tegenwoordig veel minder aanstoot wordt genomen aan jongeren die zich openlijk als aanhanger van extreemrechts manifesteren. “Hun ouders treden niet op omdat zij vaak hetzelfde gedachtegoed aanhangen. Maar tien jaar geleden noemden we de vechtpartijen die we nu confrontaties noemen ook nog rassenrellen.”
Gepubliceerd op woensdag 03 mei 2006
In Nederland doen zich bijna elke week rassenrelletjes voor tussen rechtsextremisten en moslimjongeren. Dat zegt Jaap van Donselaar, onderzoeker van extreemrechts van de Universiteit Leiden.
De cultureel-antropoloog spreekt in het AD van een ‘culturele veenbrand’. “Er is maar weinig nodig voor escalatie. Ik maak mij daar zorgen over.”
De confrontaties beginnen vaak als kleine ruzies die geregeld uitgroeien tot massale vechtpartijen. Van centraal georganiseerde matpartijen is geen sprake. Het initiatief om met elkaar op de vuist te gaan ligt volgens Van Donselaar de ene keer bij de autochtonen en de andere keer bij de allochtonen. “Beide groepen zij net zo schuldig.”
Gebagatelliseerd
Van Donselaar zegt dat er ‘duizenden’ Nederlandse jongeren met extreemrechtse sympathieën zijn. Overheden bagatelliseren volgens hem de risico’s van extreemrechtse jongeren. “Extreemrechts wordt steeds vaker weggemoffeld in de ambtelijke nota’s, terwijl dat niet zou moeten. Alle aandacht moet nu kennelijk gaan naar moslimjongeren die dreigen te radicaliseren.”
De onderzoeker vindt het vreemd dat er tegenwoordig veel minder aanstoot wordt genomen aan jongeren die zich openlijk als aanhanger van extreemrechts manifesteren. “Hun ouders treden niet op omdat zij vaak hetzelfde gedachtegoed aanhangen. Maar tien jaar geleden noemden we de vechtpartijen die we nu confrontaties noemen ook nog rassenrellen.”










