Door Vladimir Megre
Het 8e deel van de boekenreeks over Anastasia gaat over de Nieuwe Beschaving. Zojuist is het vierde deel in het Nederlands verschenen, het duurt dus nog een tijd voordat we er in het Nederlands kennis van kunnen nemen. In het Duits zijn inmiddels 9 boeken verschenen. Hierbij het zevende hoofdstuk uit deel 8.
"Langzaam liepen de slaven achter elkaar aan, elk van hen droeg een geslepen steen. Vier van dergelijke rijen, elk anderhalve kilometer lang - van het polijsten van de stenen tot de plaats waar de vestingstad gebouwd werd - werden door wachters streng bewaakt. Op elke 10 slaven was een wachter. Op de plaats van de slaven zat op een dertig meter hoge, uit geslepen stenen opgebouwde heuvel, de hogepriester Cratie. Vier maanden lang had hij zwijgend de gebeurtenissen gadegeslagen. Niemand stoorde hem, niemand waagde het ook maar om diens gedachten door een blik te onderbreken. Voor de slaven en de wachters was de kunstmatige heuvel een niet meer weg te denken bestanddeel van het landschap. En aan de mens die daarboven als het ware regelloos op zijn troon zat en opging in het bovenste platform van de heuvel, schonk niemand nog aandacht. Cratie had de opgave op zich genomen om de staat om te bouwen, om de macht van de hogepriesters over de mensen van deze aarde voor duizenden jaren te vestigen en ze allemaal, inclusief de zogenaamde heersers, tot slaven van de priesters te maken.
Een keer daalde Cratie af naar beneden en liet een dubbelganger op de troon plaatsnemen. De hogepriester zelf wisselde van kleding en zette zijn pruik af. Hij gaf aan de opperwachter het bevel om hem als een gewone slaaf in de boeien te slaan en in te voegen in de rij van slaven, achter een jonge, krachtige jongeman met de naam Nard. Cratie had het gezicht van de slaaf gadegeslagen en hem was opgevallen dat Nard een onderzoekende, waarderende blik had, niet een rusteloze of afgestompte blik zoals de meeste anderen. Het gezicht van Nard maakte nu eens een nadenkende, geconcentreerde indruk, dan weer zag hij er opgewonden uit. "Dat betekent dat hij over een plan nadenkt" had de hogepriester geconcludeerd en hij wilde zich nu ervan overtuigen in hoeverre zijn waarneming juist was.
Twee dagen lang liep Cratie stenen slepend achter Nard aan, zat tijdens het eten naast hem en sliep naast hem op de brits. In de derde nacht, juist nadat het commando tot slapen was gegeven, wendde hij zich tot de jonge slaaf en fluisterde verbitterd voor zich uit "moet dat ons hele leven zo verder gaan?"
De priester zag dat de jonge slaaf rechtop ging zitten en meteen zijn gezicht naar hem toewendde. De ogen van de slaaf glansden, ja fonkelden in het zwakke licht van de fakkels in de grote barak. "Het zal niet lang meer duren. Ik heb een plan. En jij, oude, kunt meedoen als je wil", fluisterde de jonge slaaf hem toe. "Wat voor een plan?", vroeg de priester schijnbaar onverschillig en met een zucht.
"Jij en ik, we zullen beiden spoedig vrij zijn. Denk eens na, op elke 10 slaven komt een wachter. Eveneens is er een wachter op elke 15 slavinnen die koken en naaien. Wanneer we ons op een afgesproken tijdstip tegelijkertijd op de wachters storten, kunnen we ze overweldigen". "Ach", zuchtte Cratie zonder erin mee te gaan, "ik geloof dat je plan niet goed doordacht is. Het kan zo zijn dat we de wachters kunnen overweldigen, maar de heerser zal snel nieuwe wachters sturen en misschien een heel leger, en die zullen de slavenopstand bloedig neerslaan."
"Daar heb ik ook aan gedacht, oude. Zoals we weten bereid het leger een lange mars voor, we moeten een tijdstip kiezen dat het leger er niet is. En dat duurt niet meer lang. Ze hebben proviand voor een mars van drie maanden bij elkaar gebracht. In ongeveer drie maanden zullen ze op de geplande plaats aankomen en hun slag slaan. In deze slag zullen ze vele mannen verliezen, maar ze zullen winnen en vele nieuwe slaven meebrengen. Nu al worden barakken gebouwd om ze te kunnen onderbrengen. We moeten de wachters ontwapenen, zo gauw het leger van onze heerser met het andere leger in een strijd verwikkeld is. De bodes zullen een maand nodig hebben om het bericht van de opstand en het bevel van ogenblikkelijke terugkeer over te brengen. Het verzwakte leger zal minstens nog drie maanden onderweg zijn naar hier. We zullen dus vier maanden tijd hebben ons voor de ontmoeting met hen te wapenen. Getalsmatig zullen we niet de mindere zijn van de soldaten omdat de nieuwe slaven zich aan onze zijde zullen scharen wanneer ze zien wat er gebeurt is. Neen, neen, oude, ik heb alles echt goed doordacht."
"In orde, jongeman, aangenomen dat je plan functioneert en het lukt je de wachters te ontwapenen en het leger te bedwingen", zei de oude man al een beetje opgemonterd, "wat moeten de slaven dan doen en wat moet er met het huis van de heersers, met de wachters en de soldaten gebeuren?" "Met deze vraag heb ik me nog niet zo zeer beziggehouden, maar tot nu toe heb ik het volgende idee: wie nu een slaaf is zal dan geen slaaf meer zijn - en omgekeerd", dacht Nard hardop, terwijl hij tegelijkertijd er niet volledig van overtuigd leek te zijn. "En wat moet met de priesters gebeuren? Zeg eens, moeten die volgens jouw plan slaven zijn of niet?" "De priesters? Daar heb ik helemaal niet aan gedacht! Maar ik neem aan dat die rustig kunnen blijven wat ze zijn. Zowel de heersers als de slaven gehoorzamen hen. Het is niet altijd gemakkelijk te begrijpen, maar ik denk dat ze onschadelijk zijn. Ze kunnen rustig verder over de goden vertellen! Wat ons leven betreft hebben we hun raad niet nodig."
"Hebben we hun raad niet nodig, zozo, nauw goed", antwoordde de hogepriester, gaapte luid en draaide zich op zijn zijde.
Gedurende de nacht kon Cratie echter niet slapen. Hij dacht na,"het eenvoudigste zou natuurlijk zijn, zo bedacht hij, "de heerser over het gesprek te vertellen en de jonge slaaf vast te zetten. dat zal het probleem echter niet oplossen. De slaven zullen steeds de wens naar vrijheid hebben. Er zal een nieuwe aanvoerder komen, die nieuwe plannen ontwikkeld, en daarmee zal het gevaar voor de staat steeds in de staat zelf wonen." Cratie was met de opgave vertrouwd geworden om een plan voor de knechting van de hele wereld te bedenken. En hij erkende dat met fysiek geweld alleen het doel niet te bereiken is. Iedere mens en elk volk moet psychologisch beïnvloed worden. De mens zou in zijn bewustzijn omgepoold moeten worden, zodat hij zou denken dat slavernij de hoogste zegen is. Er zou een programma moeten zijn dat de kennis van alle volkeren en hun oriëntering in ruimte en tijd grondig in de war zou brengen - vooral hun waarneming van de werkelijkheid. Het verstand van Cratie werkte steeds sneller. De waarneming van zijn lichaam en daarmee ook de ketens aan handen en voeten verdween steeds meer. Opeens had hij een gedachteflits. Het programma, waarnaar hij zocht, manifesteerde zich voor zijn ogen - nog een beetje vaag, maar toch duidelijk waarneembaar in zijn adembenemende omvang. Cratie zag zichzelf als alleenheerser van de hele wereld.
De priester lag op zijn brits, geboeid aan zijn ketens, maar in gedachten was hij helemaal ergens anders. "Morgen vroeg, als allen naar het werk gevoerd worden, zal ik de leider van de wachtersgroep het afgesproken teken geven, en hij zal mij uit de rij der slaven wegvoeren en mij van de ketens laten verlossen. Dan zal ik mijn programma uitwerken, enkele woorden spreken, en de verandering van de wereld zal zijn loop nemen. Ongelooflijk! Slechts een paar woorden en de hele wereld zal zich aan mijn plan onderwerpen. Daadwerkelijk - God gaf de mens de kracht van de geest, en in het hele universum is er geen kracht die deze evenaart. Door deze kracht worden woorden geschapen, die opnieuw het rad van de geschiedenis kunnen veranderen. Een zeer gunstige gelegenheid, die ze mij daarbij biedt± de slaven maken plannen voor een opstand - volstrekt geen onrealistisch plan. Ik zou zelfs zeggen dat het plan hun heel goede tussenresultaten zou geven. Maar slechts een paar woorden van mij, en ik zal niet alleen de slaven zelf, maar ook hun nakomelingen en zelfs de heersers van de slaven duizenden jaren vanaf nu op de knieën dwingen."
De volgende morgen verwijderde de leider van de wachters na het desbetreffende teken de ketens. En reeds op de volgende dag werden de andere vijf hogepriesters en de farao uitgenodigd op het platform van Cratie. Voor deze vergadering begon Cratie zijn rede± wat jullie nu van mij zullen horen, mag door niemand opgetekend worden of worden doorverteld. Om ons heen zijn geen muren, en niemand buiten jullie kan meeluisteren met ons gesprek. Ik heb een plan bedacht om alle mensen op aarde tot slaven van de farao te maken. Dit doel is niet eens met grote legers en uitvoerige oorlogen te bereiken. Ik zal het echter slechts met enkele woorden bereiken. Laat slechts twee dagen verstrijken, en ik zal jullie met eigen ogen kunnen overtuigen hoe de wereld begint te veranderen. Zie daar beneden de slaven in lange rijen slepen ze stenen, ze worden door vele soldaten bewaakt. We hebben steeds gedacht hoe meer soldaten des te beter voor de staat. Maar hoe meer slaven er zijn des te banger moet men zijn voor een opstand. Wat doen wij? We versterken de bewaking. we zijn gedwongen ze goed te voeden anders kunnen ze hun zware lichamelijke arbeid niet aan.
Dan nog zijn ze lui en neigen naar rebellie. Kijk, hoe langzaam ze bewegen, maar deze onbekwame wachters bewerken niet eens de gezonde, sterke slaven. Maar ze zullen zich veel sneller gaan bewegen. En wachters zullen we helemaal niet meer nodig hebben, we zullen deze eveneens tot slaven maken. Geloof me, dat is voor elkaar te krijgen. Vandaag nog voor zonsondergang moeten de herauten een verordening van de farao voorlezen waarin staat: bij het aanbreken van de dag van morgen zal de slaven volledige vrijheid worden gewaarborgd. Voor iedere steen die een vrije burger in de stand levert, zal hij een munt krijgen. De munten kan hij ruilen tegen voeding, kleding, behuizing, een paleis in de stad of zelfs een eigen stad. Van nu af aan zijn jullie allemaal vrije burgers!" Nadat de hogepriester de woorden van Cratie door hun hoofd hadden laten gaan, meende de oudste van hen: "je bent een demon, Cratie. De door jouw opgezette demonie zal vele volkeren beheersen." "Als ik een demon ben, dan zullen in de toekomst de mensen mijn idee democratie noemen."
De verordening werd bij zonsondergang aan de slaven voorgelezen. Deze waren zo verbaasd, dat ze uit louter voorpret voor hun nieuwe gelukkige leven niet konden inslapen. De volgende morgen beklommen de hogepriesters en de farao opnieuw het platform op de kunstmatig aangelegde heuvel. Het beeld dat zich aan hun blik aanbood, verblufte hen volledig. Duizenden mensen, de vroegere slaven sleepten onvermoeibaar en vol dadendrang dezelfde stenen als voorheen. Ze zweetten en sommigen droegen zelfs twee stenen. Anderen, die slechts een steen droegen liepen zo snel dat ze stof deden opwaaien. Ook enkele wachtsoldaten sleepten nu stenen. De mensen, die zichzelf nu voor vrij hielden, omdat men hen de ketens had afgenomen, streefden ernaar om zoveel mogelijk hoog begeerde munten te verdienen, om zich een gelukkige toekomst op te kunnen bouwen."
Cratie bracht nog enkele maanden door op zijn troon en keek tevreden naar de opgewonden drukte aan de voet van zijn heuvel. De veranderingen waren omvattend. een deel van de slaven had zich aaneengesloten tot kleine groepen. Ze hadden karren gebouwd, waar ze de stenen oplaadden en onder grote inspanning voorwaarts duwden. "Kijk eens, hoe creatief ze zijn!" dacht Cratie tevreden, nu zijn er al de eerste diensten: waterdragers en verkopers van eten. Enkele slaven willen geen tijd verknoeien met de weg naar de barak om daar wat te eten en dus betalen ze anderen ervoor om hun verfrissingen en voedsel te brengen. En kijk eens, er zijn ook artsen! Ze behandelen de stenendragers, die hulp nodig hebben tijdens het werk en worden daarvoor met munten betaald. Ook hebben ze mensen ertoe aangezet het verkeer te regelen. Spoedig zullen ze ook gerechtshoven en rechters kiezen. Laat ze maar! Ze denken dat ze vrij zijn, maar in wezen is er niets veranderd, ze slepen stenen... zoals voorheen lopen ze nu al vele duizenden jaren door het stof en slepen in het zweet des aanschijn de zware stenen. En de huidige nakomelingen van de slaven doen het monter na...."
*Je bedoelt daarmee waarschijnlijk de eenvoudige arbeiders, Anastasia, nietwaar?
Wat mij betreft heb je daarin gelijk. Maar bedrijfsleiders, ambtenaren en ondernemers zijn zeer zeker niet tot de slaven te rekenen."
"Je ziet daar dus onderscheidingen, Vladimir. Kun je a.u.b. vertellen waaruit deze verschillen bestaan?"
"Daarin dat enigen zware stenen slepen of zich anderszins afbeulen als slaven.
Anderen daarentegen leiden deze sleperij of beter gezegd het productieproces, om een huidige term te gebruiken."
"Maar deze leiding is toch ook werk. Vaak is deze zelfs moeilijker dan het slepen van stenen."
"O.K. in zekere zin ja. Ondernemers moeten meer denken. Hun hoofd is van s´morgens tot s´avonds met het werk bezig. Maar wat is er aan de hand met farao´s, presidenten en kanseliers / zijn ze eveneens slaven?"
"Zo is het. Ook de priesters die aan deze fatale intrige deelnamen werden slaven."
"Maar wanneer ook de priesters slaven zijn, wie zijn dan de slavenhouders?"
"De kustmatige wereld die door de mensen werd geschapen. En de wachters zitten meestal in het binnenste van de mensen en zetten deze ertoe aan meer geld te verdienen."
"Het geheel laat een oprecht triest, uitzichtloos beeld zien. In de afgelopen duizenden jaren zijn wereldrijken ontstaan en verdwenen. religies en wetten zijn veranderd, maar in wezen is er niets veranderd, zoals voorheen is de mens een slaaf. Is er nu werkelijk niets te doen om deze situatie te veranderen?"
"Toch wel!"
"Wat? En wie zou dat kunnen doen?"
"Een beeld"
"Wat voor een beeld?"
"Een nieuw leidmotief dat de mens een nieuw zicht op de wereld geeft. Denk eens na Vladimir, de mensen die tegenwoordig dankzij hun geld de wereld beheersen, denken dat alleen macht en geld de mensen tot geluk kunnen brengen. En de meeste mensen die ernaar streven om geld te verdienen, zijn daar eveneens van overtuigd. Maar vaak - zelfs zeer vaak - leiden juist de winnaars deze zinloze drijfjacht. Ze bereiken illusoire hoogten en ervaren de zinloosheid van hun leven sterker als anderen. Ik zal je nu een scène uit het leven in de toekomst beschrijven. Schrijf het op en moge het zich verwerkelijken!"
Het 8e deel van de boekenreeks over Anastasia gaat over de Nieuwe Beschaving. Zojuist is het vierde deel in het Nederlands verschenen, het duurt dus nog een tijd voordat we er in het Nederlands kennis van kunnen nemen. In het Duits zijn inmiddels 9 boeken verschenen. Hierbij het zevende hoofdstuk uit deel 8.
"Langzaam liepen de slaven achter elkaar aan, elk van hen droeg een geslepen steen. Vier van dergelijke rijen, elk anderhalve kilometer lang - van het polijsten van de stenen tot de plaats waar de vestingstad gebouwd werd - werden door wachters streng bewaakt. Op elke 10 slaven was een wachter. Op de plaats van de slaven zat op een dertig meter hoge, uit geslepen stenen opgebouwde heuvel, de hogepriester Cratie. Vier maanden lang had hij zwijgend de gebeurtenissen gadegeslagen. Niemand stoorde hem, niemand waagde het ook maar om diens gedachten door een blik te onderbreken. Voor de slaven en de wachters was de kunstmatige heuvel een niet meer weg te denken bestanddeel van het landschap. En aan de mens die daarboven als het ware regelloos op zijn troon zat en opging in het bovenste platform van de heuvel, schonk niemand nog aandacht. Cratie had de opgave op zich genomen om de staat om te bouwen, om de macht van de hogepriesters over de mensen van deze aarde voor duizenden jaren te vestigen en ze allemaal, inclusief de zogenaamde heersers, tot slaven van de priesters te maken.
Een keer daalde Cratie af naar beneden en liet een dubbelganger op de troon plaatsnemen. De hogepriester zelf wisselde van kleding en zette zijn pruik af. Hij gaf aan de opperwachter het bevel om hem als een gewone slaaf in de boeien te slaan en in te voegen in de rij van slaven, achter een jonge, krachtige jongeman met de naam Nard. Cratie had het gezicht van de slaaf gadegeslagen en hem was opgevallen dat Nard een onderzoekende, waarderende blik had, niet een rusteloze of afgestompte blik zoals de meeste anderen. Het gezicht van Nard maakte nu eens een nadenkende, geconcentreerde indruk, dan weer zag hij er opgewonden uit. "Dat betekent dat hij over een plan nadenkt" had de hogepriester geconcludeerd en hij wilde zich nu ervan overtuigen in hoeverre zijn waarneming juist was.
Twee dagen lang liep Cratie stenen slepend achter Nard aan, zat tijdens het eten naast hem en sliep naast hem op de brits. In de derde nacht, juist nadat het commando tot slapen was gegeven, wendde hij zich tot de jonge slaaf en fluisterde verbitterd voor zich uit "moet dat ons hele leven zo verder gaan?"
De priester zag dat de jonge slaaf rechtop ging zitten en meteen zijn gezicht naar hem toewendde. De ogen van de slaaf glansden, ja fonkelden in het zwakke licht van de fakkels in de grote barak. "Het zal niet lang meer duren. Ik heb een plan. En jij, oude, kunt meedoen als je wil", fluisterde de jonge slaaf hem toe. "Wat voor een plan?", vroeg de priester schijnbaar onverschillig en met een zucht.
"Jij en ik, we zullen beiden spoedig vrij zijn. Denk eens na, op elke 10 slaven komt een wachter. Eveneens is er een wachter op elke 15 slavinnen die koken en naaien. Wanneer we ons op een afgesproken tijdstip tegelijkertijd op de wachters storten, kunnen we ze overweldigen". "Ach", zuchtte Cratie zonder erin mee te gaan, "ik geloof dat je plan niet goed doordacht is. Het kan zo zijn dat we de wachters kunnen overweldigen, maar de heerser zal snel nieuwe wachters sturen en misschien een heel leger, en die zullen de slavenopstand bloedig neerslaan."
"Daar heb ik ook aan gedacht, oude. Zoals we weten bereid het leger een lange mars voor, we moeten een tijdstip kiezen dat het leger er niet is. En dat duurt niet meer lang. Ze hebben proviand voor een mars van drie maanden bij elkaar gebracht. In ongeveer drie maanden zullen ze op de geplande plaats aankomen en hun slag slaan. In deze slag zullen ze vele mannen verliezen, maar ze zullen winnen en vele nieuwe slaven meebrengen. Nu al worden barakken gebouwd om ze te kunnen onderbrengen. We moeten de wachters ontwapenen, zo gauw het leger van onze heerser met het andere leger in een strijd verwikkeld is. De bodes zullen een maand nodig hebben om het bericht van de opstand en het bevel van ogenblikkelijke terugkeer over te brengen. Het verzwakte leger zal minstens nog drie maanden onderweg zijn naar hier. We zullen dus vier maanden tijd hebben ons voor de ontmoeting met hen te wapenen. Getalsmatig zullen we niet de mindere zijn van de soldaten omdat de nieuwe slaven zich aan onze zijde zullen scharen wanneer ze zien wat er gebeurt is. Neen, neen, oude, ik heb alles echt goed doordacht."
"In orde, jongeman, aangenomen dat je plan functioneert en het lukt je de wachters te ontwapenen en het leger te bedwingen", zei de oude man al een beetje opgemonterd, "wat moeten de slaven dan doen en wat moet er met het huis van de heersers, met de wachters en de soldaten gebeuren?" "Met deze vraag heb ik me nog niet zo zeer beziggehouden, maar tot nu toe heb ik het volgende idee: wie nu een slaaf is zal dan geen slaaf meer zijn - en omgekeerd", dacht Nard hardop, terwijl hij tegelijkertijd er niet volledig van overtuigd leek te zijn. "En wat moet met de priesters gebeuren? Zeg eens, moeten die volgens jouw plan slaven zijn of niet?" "De priesters? Daar heb ik helemaal niet aan gedacht! Maar ik neem aan dat die rustig kunnen blijven wat ze zijn. Zowel de heersers als de slaven gehoorzamen hen. Het is niet altijd gemakkelijk te begrijpen, maar ik denk dat ze onschadelijk zijn. Ze kunnen rustig verder over de goden vertellen! Wat ons leven betreft hebben we hun raad niet nodig."
"Hebben we hun raad niet nodig, zozo, nauw goed", antwoordde de hogepriester, gaapte luid en draaide zich op zijn zijde.
Gedurende de nacht kon Cratie echter niet slapen. Hij dacht na,"het eenvoudigste zou natuurlijk zijn, zo bedacht hij, "de heerser over het gesprek te vertellen en de jonge slaaf vast te zetten. dat zal het probleem echter niet oplossen. De slaven zullen steeds de wens naar vrijheid hebben. Er zal een nieuwe aanvoerder komen, die nieuwe plannen ontwikkeld, en daarmee zal het gevaar voor de staat steeds in de staat zelf wonen." Cratie was met de opgave vertrouwd geworden om een plan voor de knechting van de hele wereld te bedenken. En hij erkende dat met fysiek geweld alleen het doel niet te bereiken is. Iedere mens en elk volk moet psychologisch beïnvloed worden. De mens zou in zijn bewustzijn omgepoold moeten worden, zodat hij zou denken dat slavernij de hoogste zegen is. Er zou een programma moeten zijn dat de kennis van alle volkeren en hun oriëntering in ruimte en tijd grondig in de war zou brengen - vooral hun waarneming van de werkelijkheid. Het verstand van Cratie werkte steeds sneller. De waarneming van zijn lichaam en daarmee ook de ketens aan handen en voeten verdween steeds meer. Opeens had hij een gedachteflits. Het programma, waarnaar hij zocht, manifesteerde zich voor zijn ogen - nog een beetje vaag, maar toch duidelijk waarneembaar in zijn adembenemende omvang. Cratie zag zichzelf als alleenheerser van de hele wereld.
De priester lag op zijn brits, geboeid aan zijn ketens, maar in gedachten was hij helemaal ergens anders. "Morgen vroeg, als allen naar het werk gevoerd worden, zal ik de leider van de wachtersgroep het afgesproken teken geven, en hij zal mij uit de rij der slaven wegvoeren en mij van de ketens laten verlossen. Dan zal ik mijn programma uitwerken, enkele woorden spreken, en de verandering van de wereld zal zijn loop nemen. Ongelooflijk! Slechts een paar woorden en de hele wereld zal zich aan mijn plan onderwerpen. Daadwerkelijk - God gaf de mens de kracht van de geest, en in het hele universum is er geen kracht die deze evenaart. Door deze kracht worden woorden geschapen, die opnieuw het rad van de geschiedenis kunnen veranderen. Een zeer gunstige gelegenheid, die ze mij daarbij biedt± de slaven maken plannen voor een opstand - volstrekt geen onrealistisch plan. Ik zou zelfs zeggen dat het plan hun heel goede tussenresultaten zou geven. Maar slechts een paar woorden van mij, en ik zal niet alleen de slaven zelf, maar ook hun nakomelingen en zelfs de heersers van de slaven duizenden jaren vanaf nu op de knieën dwingen."
De volgende morgen verwijderde de leider van de wachters na het desbetreffende teken de ketens. En reeds op de volgende dag werden de andere vijf hogepriesters en de farao uitgenodigd op het platform van Cratie. Voor deze vergadering begon Cratie zijn rede± wat jullie nu van mij zullen horen, mag door niemand opgetekend worden of worden doorverteld. Om ons heen zijn geen muren, en niemand buiten jullie kan meeluisteren met ons gesprek. Ik heb een plan bedacht om alle mensen op aarde tot slaven van de farao te maken. Dit doel is niet eens met grote legers en uitvoerige oorlogen te bereiken. Ik zal het echter slechts met enkele woorden bereiken. Laat slechts twee dagen verstrijken, en ik zal jullie met eigen ogen kunnen overtuigen hoe de wereld begint te veranderen. Zie daar beneden de slaven in lange rijen slepen ze stenen, ze worden door vele soldaten bewaakt. We hebben steeds gedacht hoe meer soldaten des te beter voor de staat. Maar hoe meer slaven er zijn des te banger moet men zijn voor een opstand. Wat doen wij? We versterken de bewaking. we zijn gedwongen ze goed te voeden anders kunnen ze hun zware lichamelijke arbeid niet aan.
Dan nog zijn ze lui en neigen naar rebellie. Kijk, hoe langzaam ze bewegen, maar deze onbekwame wachters bewerken niet eens de gezonde, sterke slaven. Maar ze zullen zich veel sneller gaan bewegen. En wachters zullen we helemaal niet meer nodig hebben, we zullen deze eveneens tot slaven maken. Geloof me, dat is voor elkaar te krijgen. Vandaag nog voor zonsondergang moeten de herauten een verordening van de farao voorlezen waarin staat: bij het aanbreken van de dag van morgen zal de slaven volledige vrijheid worden gewaarborgd. Voor iedere steen die een vrije burger in de stand levert, zal hij een munt krijgen. De munten kan hij ruilen tegen voeding, kleding, behuizing, een paleis in de stad of zelfs een eigen stad. Van nu af aan zijn jullie allemaal vrije burgers!" Nadat de hogepriester de woorden van Cratie door hun hoofd hadden laten gaan, meende de oudste van hen: "je bent een demon, Cratie. De door jouw opgezette demonie zal vele volkeren beheersen." "Als ik een demon ben, dan zullen in de toekomst de mensen mijn idee democratie noemen."
De verordening werd bij zonsondergang aan de slaven voorgelezen. Deze waren zo verbaasd, dat ze uit louter voorpret voor hun nieuwe gelukkige leven niet konden inslapen. De volgende morgen beklommen de hogepriesters en de farao opnieuw het platform op de kunstmatig aangelegde heuvel. Het beeld dat zich aan hun blik aanbood, verblufte hen volledig. Duizenden mensen, de vroegere slaven sleepten onvermoeibaar en vol dadendrang dezelfde stenen als voorheen. Ze zweetten en sommigen droegen zelfs twee stenen. Anderen, die slechts een steen droegen liepen zo snel dat ze stof deden opwaaien. Ook enkele wachtsoldaten sleepten nu stenen. De mensen, die zichzelf nu voor vrij hielden, omdat men hen de ketens had afgenomen, streefden ernaar om zoveel mogelijk hoog begeerde munten te verdienen, om zich een gelukkige toekomst op te kunnen bouwen."
Cratie bracht nog enkele maanden door op zijn troon en keek tevreden naar de opgewonden drukte aan de voet van zijn heuvel. De veranderingen waren omvattend. een deel van de slaven had zich aaneengesloten tot kleine groepen. Ze hadden karren gebouwd, waar ze de stenen oplaadden en onder grote inspanning voorwaarts duwden. "Kijk eens, hoe creatief ze zijn!" dacht Cratie tevreden, nu zijn er al de eerste diensten: waterdragers en verkopers van eten. Enkele slaven willen geen tijd verknoeien met de weg naar de barak om daar wat te eten en dus betalen ze anderen ervoor om hun verfrissingen en voedsel te brengen. En kijk eens, er zijn ook artsen! Ze behandelen de stenendragers, die hulp nodig hebben tijdens het werk en worden daarvoor met munten betaald. Ook hebben ze mensen ertoe aangezet het verkeer te regelen. Spoedig zullen ze ook gerechtshoven en rechters kiezen. Laat ze maar! Ze denken dat ze vrij zijn, maar in wezen is er niets veranderd, ze slepen stenen... zoals voorheen lopen ze nu al vele duizenden jaren door het stof en slepen in het zweet des aanschijn de zware stenen. En de huidige nakomelingen van de slaven doen het monter na...."
*Je bedoelt daarmee waarschijnlijk de eenvoudige arbeiders, Anastasia, nietwaar?
Wat mij betreft heb je daarin gelijk. Maar bedrijfsleiders, ambtenaren en ondernemers zijn zeer zeker niet tot de slaven te rekenen."
"Je ziet daar dus onderscheidingen, Vladimir. Kun je a.u.b. vertellen waaruit deze verschillen bestaan?"
"Daarin dat enigen zware stenen slepen of zich anderszins afbeulen als slaven.
Anderen daarentegen leiden deze sleperij of beter gezegd het productieproces, om een huidige term te gebruiken."
"Maar deze leiding is toch ook werk. Vaak is deze zelfs moeilijker dan het slepen van stenen."
"O.K. in zekere zin ja. Ondernemers moeten meer denken. Hun hoofd is van s´morgens tot s´avonds met het werk bezig. Maar wat is er aan de hand met farao´s, presidenten en kanseliers / zijn ze eveneens slaven?"
"Zo is het. Ook de priesters die aan deze fatale intrige deelnamen werden slaven."
"Maar wanneer ook de priesters slaven zijn, wie zijn dan de slavenhouders?"
"De kustmatige wereld die door de mensen werd geschapen. En de wachters zitten meestal in het binnenste van de mensen en zetten deze ertoe aan meer geld te verdienen."
"Het geheel laat een oprecht triest, uitzichtloos beeld zien. In de afgelopen duizenden jaren zijn wereldrijken ontstaan en verdwenen. religies en wetten zijn veranderd, maar in wezen is er niets veranderd, zoals voorheen is de mens een slaaf. Is er nu werkelijk niets te doen om deze situatie te veranderen?"
"Toch wel!"
"Wat? En wie zou dat kunnen doen?"
"Een beeld"
"Wat voor een beeld?"
"Een nieuw leidmotief dat de mens een nieuw zicht op de wereld geeft. Denk eens na Vladimir, de mensen die tegenwoordig dankzij hun geld de wereld beheersen, denken dat alleen macht en geld de mensen tot geluk kunnen brengen. En de meeste mensen die ernaar streven om geld te verdienen, zijn daar eveneens van overtuigd. Maar vaak - zelfs zeer vaak - leiden juist de winnaars deze zinloze drijfjacht. Ze bereiken illusoire hoogten en ervaren de zinloosheid van hun leven sterker als anderen. Ik zal je nu een scène uit het leven in de toekomst beschrijven. Schrijf het op en moge het zich verwerkelijken!"
Voor de boeken over Anastasia zie http://www.schildpadboeken.nl/
laatste aanpassing