Drie weken na de Amerikaanse première is de actiekomedie The Dukes Of Hazzard alweer uit de kosten. Voor de studiobonzen zal de remake van de gelijknamige televisieserie daarmee zijn bestaansrecht hebben bewezen. Afgezien daarvan is deze herhalingsoefening één groot brok overbodigheid.
In tegenstelling tot Charlie's Angels en Starsky And Hutch, die in hun bioscoopversies de campy retrohumor flink aandikten, proberen de makers van The Dukes Of Hazzard de serie vooral te evenaren in haar dommige humor. Begin jaren tachtig kon je misschien nog een half uur per week vullen met de goedgemutste avonturen van een schelmenfamilie die het platteland van Georgia onveilig maakte. Het in de bioscoop ruim anderhalf uur dooremmerende flutverhaaltje rond de neven Bo en Luke Duke en hun opgevoerde crossauto is veel te veel van het goede. Bovendien is eigenlijk alleen countryzanger Willie Nelson op dreef als de illegale jajem stokende oom Jesse.
Sexy niemendalletjes
Johnny Knoxville en Seann William Scott lijken zich prima te vermaken als de neefjes Duke, maar in hun komische overdrijving zijn ze toch minder aanstekelijk dan hun voorgangers. Voor de rest staat de film bol van opzichtig geschmier (Burt Reynolds als de corrupte politicus Boss Hogg) en aantoonbare onkunde (Jessica Simpson als het in sexy niemendalletjes rondhuppelende nichtje Daisy Duke). Wel stukken beter dan in de serie zijn de professioneel uitgevoerde autostunts. De makers slaan de plank echter helemaal mis als ze politiek incorrecte lol proberen te trappen. De auto van de Dukes is vernoemd naar General Lee, een zuidelijke held uit de Amerikaanse Burgeroorlog, terwijl het dak van de bolide gesierd is met een 'Confederate' vlag, geliefd bij de Ku Klux Klan en andere rechtsextremisten
Vroeger kon je nog denken: ach, het zijn maar jongens, en ze hebben het hart op de goede plaats. Bovendien waren er in de wijde omtrek van Hazzard County geen zwarten, joden of liberalen te bekennen die er aanstoot aan zouden kunnen nemen. De film zoekt deze groepen juist opzettelijk op door Bo en Luke een nodeloos uitstapje te laten maken naar grote stad Atlanta. Het levert pijnlijk onleuke scènes op, waarin de Dukes als slachtoffer van omgekeerd racisme in de bak belanden.
In tegenstelling tot Charlie's Angels en Starsky And Hutch, die in hun bioscoopversies de campy retrohumor flink aandikten, proberen de makers van The Dukes Of Hazzard de serie vooral te evenaren in haar dommige humor. Begin jaren tachtig kon je misschien nog een half uur per week vullen met de goedgemutste avonturen van een schelmenfamilie die het platteland van Georgia onveilig maakte. Het in de bioscoop ruim anderhalf uur dooremmerende flutverhaaltje rond de neven Bo en Luke Duke en hun opgevoerde crossauto is veel te veel van het goede. Bovendien is eigenlijk alleen countryzanger Willie Nelson op dreef als de illegale jajem stokende oom Jesse.
Sexy niemendalletjes
Johnny Knoxville en Seann William Scott lijken zich prima te vermaken als de neefjes Duke, maar in hun komische overdrijving zijn ze toch minder aanstekelijk dan hun voorgangers. Voor de rest staat de film bol van opzichtig geschmier (Burt Reynolds als de corrupte politicus Boss Hogg) en aantoonbare onkunde (Jessica Simpson als het in sexy niemendalletjes rondhuppelende nichtje Daisy Duke). Wel stukken beter dan in de serie zijn de professioneel uitgevoerde autostunts. De makers slaan de plank echter helemaal mis als ze politiek incorrecte lol proberen te trappen. De auto van de Dukes is vernoemd naar General Lee, een zuidelijke held uit de Amerikaanse Burgeroorlog, terwijl het dak van de bolide gesierd is met een 'Confederate' vlag, geliefd bij de Ku Klux Klan en andere rechtsextremisten
Vroeger kon je nog denken: ach, het zijn maar jongens, en ze hebben het hart op de goede plaats. Bovendien waren er in de wijde omtrek van Hazzard County geen zwarten, joden of liberalen te bekennen die er aanstoot aan zouden kunnen nemen. De film zoekt deze groepen juist opzettelijk op door Bo en Luke een nodeloos uitstapje te laten maken naar grote stad Atlanta. Het levert pijnlijk onleuke scènes op, waarin de Dukes als slachtoffer van omgekeerd racisme in de bak belanden.