Of dat klontje in de koffie kan?
Geef mij die lantaarn, paul!
Daar ligt die stekker, doos!
Wat kost die kanarie, Piet?
Je handen zitten vol met smeer, Kees!
Neem jij de witte stenen of de zwarte, Piet?
Er zit een kurk in je kond, oom! (ze worden steeds slechter he?)
Je staat schaak, stuk!
Wat ken jij veel woorden, schat!
Hoe diep is die zee, D? (jaaa, ze worden echt minder!)
Dat vind ik echt super, Mario!
Goh, wat is de wereld bol!
Daar staat nog wel een stoel, Hennie! (hmm, die klopt niet eens
)
Lust jij nog een glaasje port, Abel?
Ik kijk uit zodat ik niet in het water fiets!
Ik wil graag drie klontjes in mijn koffie, Seth.
Ik werk niet meer want ik leer, nicht!
Dat is een ongeschreven regel, neef!
Geef mij eens die suiker, oom!
Ik heb tenminste een broer, konijn!
Ik ga lekker naar Lloret de Mar, Co!
Tuurlijk lust ik wel melk, boer!
Ken jij ene Willem, Alexander?
Zeevissen is leuk, maar ik denk dat ik liever aan wal vis!
Ik denk dat ik het liefst in gepaste kleding winkel.
Wilt u ook op de foto, graaf?
Iedereen denkt dat ik van het zelfvertrouwen over loop.
Geloof maar niet dat ik in het verhaal van die brand trap!
Het geeft een leuk geluid als ik in het water plas.
(tjonge jonge, van bier wordt je én creatief én ook heel dom... bovenstaande bewijst dat wel
)
